Projectweek 5 atheneum debatteren

Verslag van Niek Kooren uit 56b

De projectweek voor 5 atheneum begon op dinsdag 16 april met een workshop van de DebatUnie. Voor de tto-klas werd deze gehouden in het Engels. Omdat de oefendebatten gefilmd werden en opgestuurd als mondeling voor de IB-cursus die de tto’ers volgen.

De dag begon om 9.00 uur met een inleiding over wat debatteren inhoud en een klein oefendebat om de spanning te breken. Het oefendebat begon een beetje haperend, maar na een tijdje ging de spanning weg en begon vrijwel iedereen te praten.

Hierna kregen we verdere uitleg over speechen, met nadruk op het structureren van een speech en hoe je deze het beste kan overbrengen.
Om dit in de praktijk te brengen hebben we in groepjes van drie gebrainstormd over een speech die een onverdedigbare stelling moest verdedigen. Bij een onverdedigbare stelling kan je denken aan een stelling zoals: “Alle openbare toiletten moeten transparante muren hebben.

Met alle tips en tricks van Stein, onze begeleider, heeft ieder groepje een goede speech gehouden. Na de uitleg over het Format van het Lagerhuis+ debat, begonnen we met het echte werk, in teams van 5 zijn we verschillende stellingen gaan voorbereiden. De volgende stellingen kwamen aan bod:

  • Al het consumentenvuurwerk moet verboden worden.
  • Vrouwen die roken tijdens de zwangerschap moeten crimineel vervolgd worden.
  • Als kinderen zo veel drinken dat ze een alcoholvergiftging hebben moeten de ouders hoge boetes betalen.

Over deze stellingen hebben de teams gedebatteerd door te rouleren door de rollen van jury, oppositie en propositie. Deze debatten gingen uitstekend en het Engels bleek vrijwel geen hindernis.

Na de afsluiting van deze dag was vrijwel iedereen positief over hoe het ging en wat we hebben geleerd. Al met al was dit een geslaagde dag voor de tto’ers.

Op de woensdag was het tijd om alles wat we hebben geleerd tijdens de workshop in praktijk te brengen en zijn wij, heel 5 atheneum, de dag begonnen met het voorbereiden van de stellingen. Om kwart voor elf kregen we te horen welke stelling we als team moesten verdedigen of aanvallen. Om kwart over elf begonnen de debatten. Elk debat werd beoordeeld door een Nederlands docent(e) een jurylid en een gespreksleider die de tijd bij hield. Na het debat was er een juryoverleg, met een aantal leerlingen, om te besluiten welk team het debat gewonnen had.

Na 6 succesvolle debatten, 3 per lokaal, werd de dag afgesloten en konden de leerlingen zich voorbereiden op de volgende dag.

Op donderdag en vrijdag waren er nog projecten voor de leerlingen met natuurkunde en economie. Hierna was de projectweek voorbij voor 5 atheneum en kon de vakantie beginnen.

Niek Kooren 56B

Verslag van Tom Polder uit 56b

In week zestien, de week voor de meivakantie, heeft vijf atheneum de projectweek gehad. Deze week bestond uit twee onderdelen. Op dinsdag en woensdag werd door de gehele afdeling gedebatteerd. De overige twee dagen, donderdag en vrijdag, werd de projectweek voortgezet met een economie-opdracht voor de E&M leerlingen en een natuurkundeopdracht voor de leerlingen met het profiel N&T.

Dinsdag 16 april 2019
Elke klas kreeg een workshop van een lid van de DebatUnie. De tto’ers werden in een derde groep gezet. Deze leerlingen kregen de dezelfde workshop, maar dan in het Engels.

Gedurende deze workshop verworven de leerlingen meer kennis over de kunst van het overtuigen. Zo werd er onder andere uitgelegd hoe je jezelf het beste kunt verwoorden en welke houding je het beste kunt aannemen om zo overtuigend mogelijk over te komen.

Vervolgens werd er met de gehele stamklas geoefend met een stelling. Deze oefening bestond uit een vrije ronde met een voor- en een tegenpartij. De vrije ronde houdt in dat de leden van de voor- en de tegenpartij om en om mochten opstaan en werden aangewezen om de stelling te verdedigen of te verwerpen.

Hierna kregen de leerlingen uitleg over een ander essentieel onderdeel dat bij het voeren van een debat komt kijken, namelijk het speechen. De groep werd in groepjes van vijf leerlingen verdeeld. Elk van deze groepjes kreeg een stelling aangewezen. De leden van de propositie droegen één lid voor om in een speech van maximaal drie minuten te verkondigen waarom ze het een goed idee vinden. Daarna was het de beurt aan de oppositie om het tegenovergestelde te doen, verkondigen waarom ze het géén goed idee vinden.
In deze speeches speelden de argumentatie een zeer belangrijke rol, maar ook het definiëren van de stelling is niet onbelangrijk. Hiermee wordt bedoeld dat de voorpartij goed uitlegt hoe zij de stelling interpreteren.

Het laatste onderdeel van de workshop bestond uit een uitleg over het format van debatteren volgens het Lagerhuis+. Dit format bestaat uit een speech met een eerste spreker van de voorpartij die de stelling definieert. Tevens draagt diegene argumenten aan waarom zij het eens zijn met de stelling. Vervolgens komt de eerste spreker van de tegenpartij om eventueel de voorgaande argumenten van de voorpartij te weerleggen en om argumenten tegen de stelling voor te brengen. Daarna komt er een tweede spreker van de voorpartij naar voren om te reageren op de eerste spreker van de tegenpartij en om weer nieuwe argumenten voor de stelling aan te dragen. Als laatste speech komt er wederom een lid van de tegenpartij naar voren om weer eventueel de argumenten van de propositie te weerleggen en weer nieuwe tegenargumenten te benoemen.

Hierna komt het plenaire gedeelte. Dit is de open ronde, waarbij ieder lid van beide partijen de beurt krijgt om te reageren op de benoemde argumenten en om nieuwe argumenten aan te kaarten.

Na deze ronde is het tijd voor de afsluitende speech. Hierbij geeft één lid van iedere partij een samenvattende weergave van het debat en geeft aan waarom ze vinden dat zij gewonnen hebben.

Het was de beurt aan de groep om dit format uit te oefenen. De klassen werden verdeeld in groepjes van drie personen. Er waren hierbij zes groepjes in totaal. Onder deze groepjes werden drie stellingen verdeeld, één stelling voor twee groepjes. Vervolgens werd de voor- en tegenpartij bepaald. Beide partijen kregen een klein halfuurtje om voor te bereiden. Daarna kon het debat beginnen.

De leerlingen die niet aan het debatteren waren, zaten langs de kant om te jureren. Hierbij werd gelet op houding, verwoording en inhoud. Uit deze beoordeling werd uiteindelijk een winnaar verkozen.

Hiermee eindigde een lange, maar zeer leerzame dag over debatteren.

Woensdag 17 april 2019
Vandaag was het de beurt aan alle klassen om voor een jury, bestaande uit een docent(e) Nederlands, een andere docent en een klasgenoot, te debatteren.

Er werden groepjes van vijf personen gevormd en er werden drie stellingen uitgedeeld.

De stellingen waren:

  • ‘Kinderen moeten tot de puberteit genderloos opgevoed worden.’
  • ‘Ieder werkend persoon moet een gelijk uurloon ontvangen’.
  • De NAVO moet buurlanden van Rusland lidmaatschap aanbieden als ze zich bedreigd voelen.

De groepjes kregen zo’n anderhalf uur de tijd om de stellingen voor te bereiden. Een half uur voor het debat begon, werd iedere groep een stelling toe geschreven en werd er bepaald of je groep voor of tegen de stelling was.

In de voorbereidingen werd er een eerste, tweede en derde spreker verkozen.

Het debat werd gevoerd volgens het bovenstaande beschreven Lagerhuis+ format.

Na het juryberaad werden de winnaars van het debat verkozen. Deze leerlingen krijgen een bonus van 0,5 bovenop hun cijfer. Het cijfer dat deze twee dagen te verdienen was werd als mondeling gerekend voor het vak Nederlands.

De leerlingen zijn gedurende deze twee dagen weer een stuk wijzer geworden over de kracht van de overtuiging.

Tom Polder, 56b